‘Stilstaand water’ is een originele dystopie
J.W. Jansen heeft zijn vierde boek ‘Stilstaand water’ uitgegeven in 2020 en je kunt het gerust een moderne, originele dystopie noemen. We hebben namelijk niet te maken met opwarming van de aarde, maar het wordt kouder en kouder...
Schril contrast
Ooit las ik de serie ‘De mammoetjagers‘ van Jean M. Auel terwijl ik aan het strand lag in een badplaatsje op Kreta. Het boek gaat over de oertijden (35.000 tot 25.000 jaar geleden) waarin de hoofdrolspeelster, gehuld in berenvellen, maar één dagtaak heeft en dat is: overleven. Het boek vormde zo’n schril contrast met mijn (vakantie)leven ter plekke, dat het gewoon bizar was. Het maakte het boek in ieder geval extra bijzonder en memorabel.
Stilstaand water
Zo ook dit boek. Maak je je de laatste jaren steeds meer zorgen over de klimaatsverandering die een opwarming van de aarde veroorzaakt, krijg je een boek in handen waarin een wereld wordt beschreven die steeds kouder wordt. En dat niet alleen. Er is bovendien een migratie gaande van Noord naar Zuid. De mens heeft geen overlevingskansen meer in het bevroren Noorden en trekt massaal naar het Zuiden, waar men, van horen-zeggen, denkt nog een kans te hebben op een beetje fatsoenlijk leven.
Normen en waarden
Maar fatsoen is altijd het eerste dat vervaagd op het moment dat er een revolutie of een ramp plaatsvindt. Overleven staat dan voorop, en de zorgen voor elkaar beperken zich tot het kleine kringetje van familie en vrienden. Buk is een randfiguur die uit de gevangenis is ontslagen en onderweg naar zijn familie. Hij is een harde man die behoorlijk primair denkt en reageert. Hij is allesbehalve een fatsoenlijk mens, die normen en waarden hoog in het vaandel heeft staan.
Het boek begint met een hoofdstuk over een verlaten wegrestaurant waar nog één bus gaat vanwege een optimistische buschauffeur, die gelooft in betere tijden en het goede van de mens. Of de buschauffeur wordt bedankt voor zijn diensten of niet echt, mag de lezer raden. De toon is gezet, een sterke opening van een spannend boek.
Een koude roadtrip
Buk herenigt zich met zijn familie en met een grote vrachtwagen en auto gaan zij onderweg. De grote familie heeft generaties lang geleefd van de visserij, maar het water is bevroren en vissen lukt niet meer. Ze dromen van een nieuw leven in het Zuiden. De vraag is echter of zij welkom zijn in het Zuiden. Er is een grote poort waar ‘handhavers’ niet alleen de wet handhaven maar ook bepalen en een tentenkamp, zoals “The Jungle” in Calais, is nu niet echt een ideaalbeeld dat de familie voor ogen had.
Verrassend, spannend en zwarte humor
Het boek is verrassend, spannend en op zijn tijd wel humoristisch. Als je van dialogen houdt is dit boek zeker een aanrader. Indien je daar minder van gecharmeerd bent, dan zullen de vele dialogen je op den duur wel een beetje tegenstaan. Mooiste punten van het boek: de liefde tussen de moeder en Buk en de omschrijvingen van de omgeving.
Terwijl ik bang ben dat we geen échte winters meer gaan meemaken in Nederland, besef ik mij dat eeuwige sneeuw en een bevroren Nederland ook niet echt geweldige toekomstperspectieven zouden zijn. En een volksverhuizing naar het Zuiden, al helemaal niet…
Meer dyspotische romans:
Het verhaal van de dienstmaagd – Margaret Atwood
Lord of the Flies – William Golding
Shalini Boland – een huiveringwekkend oeuvre
Ons leven in de bossen – Marie Darrieussecq