Ultra Donker en de wachters van Wildzee
Philip Reeve schreef met ‘Ultra Donker’ een sfeervol en vooral magisch kinderboek over tradities, bijgeloof en de kracht van de zee. Een verhaal over een bijzonder meisje, haar onbekende afkomst, de band met het land en de aantrekkingskracht van het water. Maar bovenal ook een reuze spannend verhaal over een dapper meisje dat het eiland en zijn bewoners wil beschermen tegen het gevaar van de zee.
Ultra is een meisje dat als baby op het strand werd gevonden door Andrew Donker, de wachter van het eiland Wildzee. Ze groeit op bij hem en het echtpaar Schraveling in het wachtershuisje, hoog op de rots aan de westkust van het eiland. Andrews taak is het om elke avond uit te kijken over zee en zijn waarnemingen te noteren in het logboek. Niet alleen om dat de westkust met haar kliffen en rotsen levensgevaarlijk is, maar ook omdat er volgens de lokale volksverhalen mysterieuze zaken te zien zijn. In zee huist namelijk de ‘Gorm’, een mythisch wezen dat vernietigend en verwoestend het eiland kan teisteren.
“Het was maar een legende. Tenminste, dat vonden de mensen op het vasteland […]. Maar dit was Wildzee, aan de door wind geteisterde westelijke rand van de wereld, waar trollen woonden in de Duizerdbossen en een levensechte zeeheks nog altijd haar toverspreuken zond op de Onderklif. Op Wildzee was het mogelijk om bijna overal in te geloven.”
Wanneer Andrew op een dag verdrinkt, wordt zijn jongere broer Will de nieuwe wachter. Will gelooft niet in de Gorm en doet de legende af als bijgeloof. Maar Ultra denkt er anders over, want ze voelt een vreemd soort aantrekkingskracht met de zee.
“Ultra, fluisterden de golven. ‘Ultra…’
Wanneer er op een avond betoverde eilanden aan de horizon verschijnen, is dat het dreigende teken dat de Gorm eraan komt. Samen met Will gaat Ultra de strijd aan met het woeste water.
Kind van de zee
Een centraal thema in dit spannende verhaal is of Ultra nu een menselijke drenkeling of misschien wel een kind van de zee is. Of is ze misschien wel allebei? Als enige uit het dorp is ze niet bang van het water.
“De zee was een groot, fel beest – maar grote, felle beesten konden toch ook mooi zijn? Ze hield van de manier waarop de enorme golven bewogen onder de zeespiegel, zoals spieren zich spanden onder het vel van een kameleon.”
Gaandeweg het verhaal wordt bij Ultra het gevoel steeds sterker dat de zee – en dus ook de Gorm – haar moeder is. Uiteindelijk staat ze voor de keuze tussen de zee of het land; tussen haar moeder of haar adoptiefamilie op het land.
Een magische wereld
Philip Reeve stopte heel wat magische elementen in het boek. Er duiken sprookjesachtige personages op zoals trollen, zeeheksen en, zeewiermannen. Ook de setting leent zich prima voor een vleugje magie. Zo zijn er duistere bossen, steile kliffen en menhirs op het eiland te vinden. Op de grens tussen dag en nacht, tussen zee en land blijken magie en werkelijkheid op een heel natuurlijke manier in elkaar over te lopen en blijkt dat deze tegenovergestelde werelden ook prima naast elkaar te kunnen bestaan.
Spannend en fraai geschreven
‘Ultra Donker’ is een prachtig verhaal over familie, vriendschap en natuurlijk de kracht van de elementen. Reeve beschrijft alles zeer beeldend. Voor ongeoefende lezers kunnen de soms wat lange zinnen en beeldspraak misschien een klein obstakel vormen. Maar voor geoefende lezers vanaf 10 jaar, die houden van spannende boeken met een magische twist is ‘Ultra Donker’ zeker een aanrader.