De Nederlandse maagd
‘De Nederlandse maagd’ is geschreven door de Nederlandse schrijfster en columniste Marente de Moor. Al eerder las ik haar roman ‘Foon’ die diepe indruk op mij maakte. Hierdoor besloot ik haar roman ‘De Nederlandse Maagd’ uit 2010 te gaan lezen. Dat zal wel een topper zijn, dacht ik, want een roman wint niet voor niets de AKO Literatuurprijs (2011) en de European Prize for Literature (2014).
Hoge verwachtingen
Zoals ik al een keer eerder in de recensie van ‘De filosofie van de heuvel’ schreef en Astrid benadrukte in haar recensie over ‘De avond is ongemak’, is het winnen van grote literatuurprijzen door de schrijfster of schrijver in kwestie, niet alleen een groot bewijs van hun talent maar kan dit ook een valkuil zijn. Je leest het boek met hooggespannen verwachtingen en je bent kritischer dan je normaal gesproken zou zijn. Voldoet het boek wel aan jouw wensen? Dat blijft de vraag want een literatuurprijs zegt veel over de kwaliteit van een boek, maar niet over jouw persoonlijke smaak.
De prachtige roman ‘Foon’
De roman ‘Foon’ was voor mij een roman waarin alles zat. Een prachtig ‘gelaagd’ verhaal, de aansprekende gevoelens van de hoofdpersoon, een culturele en maatschappelijke context, goed uitgewerkte karakters, prachtige schrijfstijl en last but not least: een plot dat je omver blaast. Wat heb ik genoten van dit mooie boek en wat kan Marente de Moor ontzettend mooi schrijven!
Luisterboek ‘De Nederlandse maagd’
En dus besloot ik ‘De Nederlandse maagd’ te lezen, oftewel te luisteren. Een luisterboek paste voor mij persoonlijk goed in een week waarin ik veel tijd had om te wandelen. Het boek ‘pakte’ mij meteen want de stem van de verteller Esther Scheldwacht is heel prettig. Het boek heeft ook zo’n bijzondere sfeer dat ik echt moest oppassen om niet ‘te verdwijnen’ in het verhaal. Gelukkig ben ik niet tegen een boom aangelopen, in een sloot beland of verdwaald.
De Nederlandse maagd
Het verhaal vangt aan als een jonge vrouw, genaamd Janna door haar vader wordt weggebracht naar het station. Het zijn de jaren tussen de twee Wereldoorlogen. Janna gaat in de leer bij een ‘maître’ die Egon von Bötticher heet en in een landgoed bij Aken woont. Janna is een talentvolle schermster.
Egon von Bötticher
Egon is een rare snuiter, maar gaandeweg leer je als lezer dat Egon in de Eerste Wereldoorlog niet alleen zwaar lichamelijk gewond is geraakt maar ook geestelijk. Zijn dagen verslijt hij nu op het landgoed waar hij schermles geeft aan twee mooie jonge jongens, een identieke tweeling, en aan Janna. Daarnaast organiseert hij af en toe feesten en bloederige duels voor studenten, waarbij Janna mag helpen om de wonden te verzorgen, ze is tenslotte een dokters dochter…
Dat Janna haar maagdelijkheid verliest, zal je wel opmerken door de titel. Ze krijgt niet alleen een verhouding met Egon maar ook met één van de tweelingbroers.
Vreemde wereld
Het landgoed is een vreemde wereld maar ook de schermwereld én de onzichtbare wereld. Met dit laatste bedoel ik een verhaallijn waarin de relatie tussen Janna’s vader en Egon een rol speelt. Zij kennen elkaar al langer en het is overduidelijk dat er ‘iets’ tussen hen heeft afgespeeld. Dit wordt door Janna opgemerkt middels een briefwisseling waarin, tussen de regels door, het een en ander duidelijk wordt. Janna is namelijk Egons kamer binnengeslopen en leest met enige regelmaat de brieven in het geniep.
De schermwereld
Het schermen is een sport die niet bepaald mainstream is. In deze prachtige roman lees je veel over de geschiedenis, de rituelen en de sport. Het is allemaal heel goed uitgewerkt en je kan zien dat Marente de Moor hier veel onderzoek naar heeft gedaan.
Bijzonder boek
Daarnaast zijn de verhaallijnen mooi, zit er voldoende spanning in het boek en heeft het een mooi eind. Het boek is wat mij betreft een dikke aanrader!
Opmerkingen en spoiler-alert
Twee kanttekeningen wil ik echter wel maken. Ten eerste vond ik in vergelijking met haar roman ‘Foon’ dit boek minder indrukwekkend. Dat is natuurlijk mijn persoonlijke mening, maar ik zou zelf de prijzen hebben toegekend aan het boek ‘Foon’ in plaats van deze roman.
Ten tweede vond ik alle alinea’s over ‘vlees en bloed’ niet prettig om te lezen. Door de manier waarop Egons liefde voor het jagen op dieren en de voorbereidingen voor bijzondere recepten zijn beschreven, kun je het bloed bijna ruiken. Dat dit alles te maken heeft met de plot van het verhaal, waarin in detail zijn geliefde paard op het slagveld uit haar lijden wordt verlost, maakt het niet minder te behappen. Een waarschuwing voor vegetariërs of tere zieltjes, is hier wel op zijn plaats.