Taal voor de leuk – Paulien Cornelisse
Taal voor de leuk is heul leuk !
Zodra Paulien Cornelisse aan de tafel van De Wereld Draait Door het woord krijgt, kijk ik niet meer met één schuin oog naar DWDD (multitasken: achter de laptop met tv. aan) maar krijgt zij mijn volle aandacht.
Ik houd van haar heerlijke rustige stem, nonchalante uiterlijk en de manier waarop ze relaxed over taal en de dingen des levens praat, terwijl ze de absurditeit ervan eens flink onder de loep neemt. Zo ook in haar inmiddels 4de boek.
Kan het nog leuker, vroeg ik mij wel af, voor ik dit boekje kocht. Taal is zeg maar echt mijn ding en En dan nog iets waren al ontzettend leuk en volledig. Daarna heb ik gesmuld van De verwarde cavia en hieruit regelmatig aan mijn eigen (échte) cavia’s voorgelezen. Maar nu dan Taal voor de leuk.
Heul leuk
Wat mij betreft mag het boekje de titel krijgen: Heul leuk. Nee, geen typefout of rare auto-correctie frats van Whatsapp of andere Sociale Media, maar heul is dus de overtreffende trap van heel. Paulien legt dit even duidelijk aan ons uit:
‘Heul drukt net iets anders uit dan ‘heel’. Er zit een overtuiging om die je met ‘heel’ nooit bereikt.
Als klapper op de vuurpijl (te ouderwets Paulien?) concludeert ze het volgende:
“Kortom, als een woord moet worden overgoten met een emotioneel (emotioneul) sausje.
Die laatste had ik nog niet gehoord. Heul goed, want er zijn momenten dat je als vrouw inderdaad iets meer bent dan emotioneel. Emotioneul noem ik het voortaan (Bedankt Paulien!)
Snoepjes
Ook vind ik het knappe observaties dat Paulien vaak de uitdrukkingen en woorden bij bepaalde groepen plaatst.
De hoofdstukken in het boek zijn allemaal snoepjes. Je leest ze zo uit en meteen de volgende ook. Het leest (heul) lekker weg en de index achter in het boek maken het ook makkelijk om bepaalde woorden of uitdrukkingen te vinden waar je misschien specifiek naar zocht.
‘Wij vieren het leven!!!” Je kunt dat een bourgondisch vijftigersstel met een wijnvoorraad zo horen zeggen.
Of generatieverschillen: mijn eigen kinderen praten een andere taal dan ik en begrijpen er niets van als de stem van mijn eigen moeder via mijn mond zegt: “Hang je jassen op in de vestibule!!!!” “Mam, alles goed met je?” vragen ze dan bezorgd.
Leuke taal en turbo taal
Paulien’s kijk op taal is van hetzelfde hoge niveau als ooit in mijn tijd: Turbotaal van Jan Kuitenbrouwer. (jawel, familie!). Jan Kuitenbrouwer beschreef de nieuwe taal van de studenten en de opkomende nieuwe digitale tijd. En het effect draaide zich ook om. Ineens gebruikte iedereen woorden en uitdrukkingen die Jan had beschreven.
Symbool van het kleine mannetje
Dit effect heeft Paulien ook. Voorbeeld: na haar beschouwing over het symbool van het kleine mannetje, die het knopje aanwijst op het stoplicht waar je op moet drukken wil je ooit de kans krijgen om een drukke straat veilig over te steken, kijk ik hier altijd naar en denk ik eraan hoe zij dit mannetje beschreef. Zo ook dit boek, haar beschrijvingen zijn observaties en beschouwingen, maar gaan ook een eigen leven leiden.
De beschuldigende klank van ‘toévallig’, de overbodige verkleinwoordjes zoals ‘zoetje’ (in de koffie) en het super irritante ‘wat de…’ (van ‘what the fuck’) etc. etc. voorbeelden ten over.
Ik zou zeggen, lees en geniet en stem vooral op Paulien voor de NS publieksprijs want ze heeft het dubbel en dwars verdiend met dit heeeeuuuul leuke boekje.