De bandagist – Marente de Moor – recensie

‘De bandagist’ is geschreven door Marente de Moor en uitgegeven door Prometheus Amsterdam, 2025. Het boek dat ik heb gelezen, is een prachtige hardcover met extra binnenflap. Het geheel ziet eruit als een boek in het verband.

Marente de Moor

Marente de Moor is een Nederlandse schrijfster die voor haar boek ‘De Nederlandse maagd’ de European Union Prize of Literature won en e AKO Literatuurprijs. Tevens ontving zij meerdere prijzen voor ‘Foon’ en ‘Gezellige verhalen’. Internationaal is zij ook zeer succesvol; haar boeken worden vertaald in zeventien talen.

Al eerdere schreef ik recensies over haar boeken: ‘Foon‘ , ‘De Nederlandse Maagd‘ en ‘De schoft‘. Zie ook onderaan deze pagina.

De bandagist

Maar nu ‘de bandagist’. Eerlijk gezegd wist ik helemaal niet dat het beroep ‘bandagist’ bestond. Ik had nog niet van deze term gehoord. Bandageren betekent letterlijk: ter versteviging omzwachtelen met repen textiel. Maar een bandagist is meer dan dat. Een bandagist maakt gebruik van hulpmiddelen en gebruikt deze om de mobiliteit van mensen met een lichamelijke beperking te verbeteren. In ‘de bandagist’ ligt vooral de nadruk op het omzwachtelen van benen van oudere mensen, die last hebben van vochtophopingen of ernstige kwalen en wonden.

U bent gewaarschuwd. Het verhaal dat ik ga vertellen, zal bij vlagen onsmakelijk zijn. Ik zal u vertellen over fibrose en necrose, over de verdroging en verrotting van de extremiteiten van het menselijke lichaam. Wen er maar aan, dat heb ik ook gedaan.

Joost, de bandagist

Het verhaal gaat over een jonge man van 29 jaar, genaamd Joost. Joost werkt voor Mark en Richard die een werkplaats hebben voor medische hulpmiddelen en Joost in dienst hebben om ouderen thuis te bezoeken en hen te bandageren. Joost woont nog steeds in een studentenkamertje, waar hij op een dag pardoes uit wordt gezet. Zijn spullen staan op straat en Joost zal aan onderdak moeten zien te komen.

Zwervende jongeren

Samen met een vriend kan hij wel even overnachten bij een mafkees van een café maar niet voor lang. Samen met een vriendin bivakkeert hij ook in een tuinhuisje van een kennis, maar ook hier komt een einde aan. En dan zijn er nog slaapplaatsen waar hij vaak op het huis mag passen als de eigenaren op vakantie of elders zijn. Maar het valt allemaal niet mee want het is voor Joost en zijn vriendin, absoluut onmogelijk om een huurwoning of koopwoning te vinden in Amsterdam.

Het verschil tussen Joost en zijn generatie die er (digitaal) maar wat op los leeft en de ouderen die hij bezoekt (boomers worden deze genoemd) is schrijnend. De ouderen wonen groot, ruim en op een uitzondering na, in grachtenpanden waar qua ruimte, antiek en rust & stilte geen einde aan lijkt te komen. Ook de tuinen worden mooi beschreven en komen over als oases in de drukke wereldstad.

‘Wie is er nou verstrooid, ‘ ging ik door, ‘zij of wij? Ik bedoel, wij kunnen nergens onze gedachten bij houden en laten ons de hele tijd onderbreken. Maar zij! Die generatie concentreert zich op dingen die ons verstand te boven gaan. Ze hebben kennis. Belangrijker nog: ze hebben context, Ze pikken niet snel een quote van het net die in hun straatje past, ze kennen de hele redenatie. Zelfs Freekie hier, moet je kijken wat een boeken. Heb jij niet’ (Joost pagina 130 tegen een vriend)

Een fout plannetje

Joost wordt naar een voormalige ballerina gestuurd, een dame die licht dementerend is, maar nog steeds mooi en steenrijk. Ze woont in een groot pand aan de Herengracht en langzaam begint ze Joost te vertrouwen. Op een dag breekt Joost s’ nachts in, via het souterrain en vind een gedeelte in het huis van haar voormalige man. De dame komt hier zelf nooit. Niet veel later wonen Joost en zijn vriendin stiekem hier en genieten ze van de grote werkkamer en lezen de boekenkast leeg. Ze hebben toch niets te doen, geen wifi, een Social media-loos leven. Echter vriendin houdt dit niet zo lang vol en vertrekt op een dag als Joost zich bovendien steeds vreemder begint te gedragen en slechts nog citeert uit de literatuur die hij allemaal tot zich neemt.

Goede einde?

In het boek wordt aan de lezer een goed einde belooft. In het verhaal wordt namelijk direct tegen de lezer gesproken. Voor de rest is het perspectief voornamelijk een raamvertelling. Wie de persoon is die zich tot de lezer went, is voornamelijk Joost zelf. Maar er is een grote verrassing die in de epiloog wordt verklapt, namelijk het tweede perspectief. Althans, het kwartje zal voor vele lezers vallen. voor anderen zal gelden: Joost mag het weten.

Of het trouwens een goed einde voor Joost is, valt te betwijfelen….

in eerste instantie vond ik het einde erg goed en verrassend. Later was ik iets minder enthousiast en vraag me af waarom Joost’s vermissing niet werd gezien door de mensen die een rol spelen in het verhaal. Maar dat is persoonlijk, niet alles hoeft te kloppen in een fictie-roman.

De dreiging waarmee bijna ieder hoofdstuk afsluit, is een reden om vooral te willen doorlezen. De spanningsopbouw is langzaam en traag. Maar als lezer ben je toch nieuwsgierig waar het verhaal heen gaat en de voorspelbaarheid is, wat mij betreft, absoluut niet aanwezig.

Misschien was het een uitnodiging, misschien was het een waarschuwing die ik in de wind heb geslagen. ik heb niet willen kijken.

Literatuur om van te genieten

‘De bandagist’ is literatuur om van te genieten. Er zit veel filosofie in, realiteit met de politiek van vandaag de dag, kennis over medische zaken, kennis over literatuur en ontzettend mooie beschrijvingen van omgeving en vooral de interieurs en sfeer van de rijke huizen van Amsterdam. Deze roman straalt finesse en klasse uit, terwijl ook de andere kant van de samenleving realistisch en goed wordt beschreven: de eenzaamheid van de ouderen, de wanhoop van de jongeren, de teloorgang van Amsterdams en vooral: de generaties die nog nauwelijks elkaar kunnen verstaan en begrijpen. Prachtboek, wederom van deze Nederlandse schrijfster.