Het handboek voor een gelukkige kat

‘Het handboek voor een gelukkige kat is geschreven door Liesbeth Puts en uitgegeven door Kosmos Uitgevers. ‘De beste tips voor het ontvangen van heel veel kattenliefde’, is de subtitel. 

Reflectie op Het Handboek voor een gelukkige kat door gastrecensente Sarah Morton

Must-have voor kattenliefhebbers

Hoewel ik me al in heb gelezen over katten, vond ik dit boek een must-have, omdat ik mijn eigen katten beter wil begrijpen. Het is een vrij compleet naslagwerk. 

Aan welke vereisten moet een huis voldoen? Een huis met tuin is niet voor iedere kat een voorwaarde voor een gelukkig leven. Katten gaan graag de hoogte in. Dat geeft een gevoel van ruimte en ze overzien de omgeving. 

Verkeerd begrepen

Zoals kinderen vaak verkeerd begrepen worden en daardoor ook verkeerd bejegend worden, gebeurt dit bij katten ook. Dat kan leiden tot angst, stress en zelfs ziekte. Het is geen boek dat zich vooral richt op wat er mis kan gaan, maar de auteur schuwt de donkere kanten ook niet. Ze legt uit waarom (fysiek) straffen vooral leidt tot angst en stress. De kat weet niet wat die verkeerd gedaan heeft.

Hoe kun je kat wel iets afleren, of beter iets anders aanleren? Bijvoorbeeld als een kat bijt wanneer je met hem aan het spelen bent. Dan kun je beter het spel stoppen en opstaan. De kat leert dan dat het spel stopt als hij bijt. Dat is niet echt een straf, maar een duidelijke grens. 

Eten en drinken

Zelfs basale zaken als eten en drinken is niet vanzelfsprekend. Uitsluitend droge brokken is niet gezond voor een kat. Vaak denk men dat natvoer een soort extraatje is, maar dit ligt veel dichter bij hun natuurlijke dieet dan brokken. Katten hebben nood aan vochtrijke voeding, omdat ze anders (licht) uitdrogen, wat niet goed is voor de nieren. Katten hebben geen sterke dorstprikkel. Om hen te stimuleren meer water te drinken, zet op meerdere plekken bakken water neer. 

Prettig leesbaar

De schrijfstijl van het boek is nuchter, overzichtelijk en invoelbaar. De foto’s passen er goed bij en zijn illustratief. Zo wordt de lichaamstaal van een kat duidelijk afgebeeld. (In sommige boeken en op sommige blogs zijn de afbeeldingen er vooral voor de sier, maar dat was hier niet het geval).De tekst is (vaak wetenschappelijk) onderbouwd en genuanceerd. 

Een nieuwe huisgenoot

Een veel voorkomende situatie dat iemand een kitten bij een volwassen kat wil plaatsen. Daar schets de auteur verschillende situaties, wanneer je er beter van af kan zien of juist wanneer je er juist voor kunt gaan. En hoe je de voorwaarden schept dat ze ook vrienden worden of tenminste samen door een deur kunnen. Een kat die als kitten alleen is komen te vallen, geen andere kat om zich heen heeft, kan in de regel op volwassen leeftijd niet meer wennen aan het samenleven met een andere kat. 

En kat die samen heeft geleefd met een of meer soortgenoten (ook na het verlaten van het nest), zal sociaal blijven naar andere katten. Uiteraard zijn er verschillen qua persoonlijkheid. Sommige katten hebben liever een thuis voor zichzelf, al zijn ze gewend aan soortgenoten. Er valt dus veel voor te zeggen om met twee kittens of katten te beginnen en een kat niet alleen te houden (tenzij die kat al niet samen kan met andere katten).  Ook moet je nooit twee katten scheiden die erg aan elkaar gehecht zijn. 

Vervolgens het belang van een zorgvuldige introductie. Dat geldt evengoed als je een volwassen kat in huis haalt. Zet katten die vreemden zijn nooit meteen bij elkaar en laat het ze zeker niet uitvechten. De relatie is dan bijna niet meer te herstellen. Geef de nieuwe kat eerst een eigen, afgesloten ruimte en laat ze rustig wennen aan elkaars aanwezigheid. Als ze allebei sociaal zijn naar katten, kan het overigens in een paar dagen ‘gepiept’ zijn. Laat de katten het tempo bepalen. 

Naar buiten

Ook de voor en nadelen van een kat vrij naar buiten laten gaan, worden besproken. En hoe kun je je kat veilig naar buiten laten? Ook als je geen huis met een tuin hebt. Bijvoorbeeld een afgeschermd balkon.
Met de kat gaan wandelen (kies een passend tuigje en geen halsband) is ook een optie. Sommige katten vinden het prachtig. Laat ze wel rustig wennen en bouw het op. Niet alle katten ‘lenen’ zich ervoor. 

Rouw

Het boek gaat in op rouw. Als katten aan elkaar gehecht waren, zul de overgebleven kat heviger rouwen dan als ze elkaar niet mochten. Maar zelfs in het laatste geval kan de kat van slag zijn. Hoe help je een kat na het verlies van een huisgenoot en zeker als ze onafscheidelijk waren? Je moet hem niet ineens overladen met aandacht, maar als hij zelf meer steun en aandacht vraagt dan eerst, geef die dan. Hij heeft die nabijheid nodig.

Natuurlijke behoeften

Hoe beleeft een kat zijn omgeving? Hoe voldoe je aan zijn natuurlijke behoeftes? Bijvoorbeeld jagen, zijn nagels scherpen, maar ook een veilige slaapplek. 

Het handboek voor een gelukkige kat = aanrader!

Als je je kat beter wilt begrijpen, dan is dit boek een aanrader. Het is een vrij complete gids. Bijna ieder onderwerp komt wel aan bod. 

Bijvoorbeeld hoe je het leven zo aangenaam mogelijk kunt maken, als hij op leeftijd is. En hoe kun je pijn, ziekte en ander ongemak herkennen? Ouderdom is beslist geen ziekte. Er zijn relatief jonge katten die al een chronische aandoening krijgen en er zijn katten op leeftijd die nog speels en vitaal zijn. 

Mijn eigen ervaring:

Ik mocht twee katten van mijn moeder overnemen, die een cattary had. Een moeder Fay en haar zoon Ward. Fay was drie jaar en Ward acht of negen maanden. Het was een logische stap, omdat ik met katten ben opgegroeid. Maar echt veel begrijpen van hun behoefden en gevoelens deed ik nog niet.


Ik was zelf niet gelukkig en dat voelden ze natuurlijk. Ze zaten vaak uren achtereen onder de tafel. Het lukte niet goed om een band met hen op te bouwen. Met liefde en geduld kwamen ze wat uit hun schulp, maar de sfeer bleef gedeprimeerd. Ik voelde me gevangen, omdat ik in een begeleid wonen setting zat. Toen ik zelfstandig ging wonen, zag ik de katten ook opbloeien. Ze gingen voor het eerst echt spelen. Elkaar achter na rennen, ‘verstoppertje spelen.’ Soms stoeien. Ze werden aanhankelijker, kwamen op schoot, waarbij ik door hun zachte vacht kon strijken. Ik leerden hen echt kennen. Eerst leken ze op te gaan in de omgeving, nu ging ik ze echt als gezinsleden zien.

Naarmate de jaren verstreken, werd de band alleen maar hechter, werd de liefde die ik voelde intenser. Fay is helaas overleden. Ze heeft zeventien jaar mogen worden. Ik heb dan ook zelf te maken gekregen met het rouwproces van haar zoon Ward.  Na een tijd heb ik een vriendinnetje voor hem gevonden: Cheri. Alleen-zijn was niks gedaan. Hij dutte steeds meer in. Hoewel ik hem mijn aandacht gaf, kon ik een soortgenoot niet compenseren. De aanwijzingen van de auteur om een kat te introduceren, hebben zeker geholpen. Na een paar dagen konden ze al door een deur. Het deed hem duidelijk goed, hij kreeg weer belangstelling voor zijn omgeving, was weer alert. Ze groeiden naar elkaar toe. Nu liggen ze ook tegen elkaar aan, vooral in de vensterbank. 

De auteur heeft gelijk dat de manier is om je kat gelukkig te maken, is je kat te leren kennen. Soms mis ik een persoonlijke noot in het boek, ik had wat meer praktijkvoorbeelden willen lezen. Nu is het wat theoretisch en schematisch. Niettemin is het vlot en prettig leesbaar. 

Naar mijn mening hoort dit boek thuis in de boekenkast van iedere kattenliefhebber.