Recensie Billy de kat

‘Billy de kat’ is geschreven door Louise Booth en uitgegeven door THB. Het is vertaald door Catherine Smit. De subtitel is: Redder in nood. Waargebeurd verhaal van een kat die het leven van een jongetje ingrijpend verandert.
Recensie van: Sarah Morton
Billy de kat ontroert
De autistische Fraser is drie jaar als Billy de kat in hun leven komt. Dat hij positief reageert op de al aanwezige oude kater, brengt de ouders op een idee. De oude kater ligt het liefst te dutten en is bovendien bang voor Frasers driftbuien. Maar misschien zal een jonge, sociale kat wel goed met hem gaan. Normaal gesproken staat hij niet open voor onbekende mensen en nieuwe omgevingen. Hij reageer echter heel goed op de kattenopvang die ze gaan bezoeken. Met de verzorgster Liz is er meteen een goede klik. Ze begrijpt de situatie en weet hoe ze met Fraser moet communiceren. In de kattenren mag hij kennis maken met de toekomstige huisgenoot. Al bijna meteen sluit hij vriendschap met de jonge, grijswitte kater.
Eenmaal in huis kijkt Billy een beetje rond, maar richt zich daarna meteen tot Fraser. De vriendschap wordt alleen maar hechter. Daarna volgt er in het boek een beschrijving van de levensloop van Fraser tot dan toe.

Triggers
Sommige reviews verwijten de auteur dat ze een ‘autism mom’ zou zijn. Dat betekent een moeder die het autisme van haar kind als haar identiteit beschouwt, zich de problemen van haar kind toe eigent en vooral alles om zichzelf laat draaien en niet om het welbevinden van haar kind. Door die reviews was ik van te voren een beetje huiverig om aan dit boek te beginnen. Gelukkig ervaar ik het zelf anders, al begrijp ik dat sommige uitspraken triggerend zijn.
“Ik vind het eigenlijk geen leuk kindje.”
“Alsof hij weet wat er van hem verwacht wordt, maar vastbesloten is om niet mee te werken.”
“Hij verpestte het door volledig op iets gefixeerd te zijn.”
Ik weet dat autistische kinderen onverzettelijk kunnen zijn als iets tegen hun behoeften ingaat. Het is niet zozeer niet willen, maar niet aankunnen. De auteur schrijft eerlijk over haar gevoelens en gedachten uit die tijd en is ook in staat tot zelfreflectie. Het valt ook niet mee als je kind ontroostbaar is.
Ommekeer
Alles verandert wanneer Fraser als baby ernstig ziek wordt. Er zit bijna geen leven meer in hem. Als hij aan het infuus ligt beseft de moeder hoeveel ze van hem houdt. En dat ze er moet zijn voor haar kind, hem zo goed mogelijk begeleiden.
Dat op zich al maakt een wereld van verschil. Fraser maakt al een mooie ontwikkeling door en de band tussen ouders en kind wordt wat beter. Maar Fraser raakt snel van slag en het dagelijks leven is nog steeds overleven.
Kijken naar mogelijkheden
De moeder grijpt mogelijkheden aan om de situatie te verbeteren. Een maatje voor Fraser is daar een van. Al wanneer ze vraagt of hij een vriendje zou willen hebben, een jonge kat, reageert hij blij.
Je hoefde Billy en Fraser maar samen in de zitkamer bezig te zien, om te weten dat ook katten veel voor hun baasje konden betekenen. De vriendschap tussen die twee ging zoveel verder dan ik ooit had durven dromen. Billy was veel meer dan een speelkameraadje voor Fraser, meer dan een gezellig vriendje waarmee hij over het kleed kon rollen. Billy slaagde er niet alleen in om Frasers aandacht te trekken, maar wist die ook uren vast te houden. Niets of niemand had Fraser ooit zo weten te boeien, zelfs de wasmachine niet. Fraser kon urenlang tegen Billy aan kletsen. Op die momenten leek het dat ze volkomen in hun eigen wereldje opgingen.
Het boek geeft niet alleen hoop dat de situatie ten goede kan veranderen, maar ook mensen kunnen veranderen. Dat ook de moeder daadwerkelijk een groei heeft doorgemaakt, blijkt wel als Fraser toch een terugval krijgt, zich door een stressvolle verandering zich op geen enkel gebied prettig lijkt te voelen. Aan de ene kant zijn de ouders radeloos, tegelijk zijn ze vastberaden de situatie ten goede te keren.
De vader Chris heeft natuurlijk ook een aandeel in het verhaal, maar het is geschreven door de moeder. Het is alle zeilen bijzetten en ook op zoek gaan naar de oorzaak en hoe Fraser zich weer lekker gaat voelen. Ook hier blijkt Billy weer een steun.
Sommige fragmenten herinneren me aan De kracht van Autisme van Vera Helleman. Hoe de eigen sfeer van het kind verstoord kan worden als er plotseling iemand zijn persoonlijke ruimte binnen stampt.
Daarom moest ik aan De Kracht van Autisme denken bij het volgende fragment:
Ik besprak Frasers gedrag met zijn therapeuten en we kwamen tot de conclusie dat hij erg gevoelig was voor de sfeer in huis. Nieuwkomers brachten hun eigen energie mee en hij wist zich daar niet goed raad mee. Bezoekers waren van grote invloed op zijn humeur. Hij kon na afloop nog een paar uur stil en teruggetrokken zijn. Zo een bui bleef dan uren hangen en hij was dan echt niet te genieten. Om de rust zo goed mogelijk te bewaren lichtte ik hem tijdig in over bezoek.

Groei doormaken
Het boek herinnert me eraan dat de ernst van iemands klachten niets zegt over het vermogen om plezier te hebben in het leven of de groei die hij door kan maken. Fraser heeft ook lichamelijke beperkingen. Hij heeft onder andere hyper-mobiliteit, waardoor hij niet de kracht heeft te gaan staan. Hij zakt letterlijk door zijn enkels.
Waar men eerst dacht dat hij vanzelf wel gaat lopen als hij maar wil, ziet men nu dat hij er letterlijk de kracht niet voor heeft. Een stel spalken bieden uitkomst. Binnen de kortste keren zet Fraser de eerste stappen. Hij leert zelfs traplopen. Billy moedigt hem aan door in de trapopening te gaan staan. Waar Fraser eerst kruipend de trap op klimt, is hij met Billy’s aanmoediging bereid om te stappen.
De spalken kunnen uiteindelijk vervangen worden door aangepaste, ondersteunde laarzen, waardoor Fraser zich soepeler kan bewegen.
Tom en Jerry
“Billy is net Tom, van Tom en Jerry”, merkt Fraser eens op. De capriolen die Billy uithaalt doen inderdaad wel denken aan Tom en Jerry. Niet in elke aflevering staat die elkaar naar het leven. Soms zijn ze dikke vrienden en komen ze voor elkaar op.
Fraser leert vriendschap sluiten. Niet alleen met Billy. Langzaam maar zeker staat hij ook open voor andere kinderen. Van een grillig, ongelukkig jongetje verandert hij in een blij, gemoedelijk en innemend kind.
School
Toen hij een peuter was hebben deskundigen voorspeld dat hij nooit naar een gewone school zou kunnen. Het is niet zo dat ze hem bij voorbaat afschrijven. Velen zetten zich in voor zijn ontwikkeling.
Sinds Billy’s komst heeft hij echter zo een ontwikkeling doorgemaakt, dat er hoop gloort. Er zijn echter wel nog wat hordes te nemen. Zo moet hij nog zindelijk worden.
Er zijn twee scholen waar de ouders Fraser aanmelden. Een kleine dorpsschool heeft hun voorkeur. Fraser vindt het daar fijn. Hij kan echter nog niet beginnen op de basisschool omdat hij net te laat geboren is (Zijn geboorte duurde 3 dagen!). Hij is wel welkom in de kleutergroep.
Dan breekt het jaar aan dat hij naar de ‘grote’ school zal gaan. Zal het Fraser lukken om er zijn draai te vinden?
Leeservaring:
Het boek is geschreven met gevoel voor sfeer en schoonheid. De omgeving waar het zich afspeelt, een Koninklijk landgoed waar de vader werkt als elektricien, geeft het verhaal een Disney-achtige magie.
Het leest makkelijk en is soms meeslepend. De cover is volgens mij echt een foto van Fraser en Billy.